Het mooie van de gemeente in Loosdrecht

Het is me opgevallen dat gemeenteleden in Loosdrecht vooral “doeners” zijn. Over het algemeen willen ze het evangelie graag zo snel mogelijk handen en voeten geven.
Ook heb ik gemerkt dat gemeenteleden graag naar een goede preek luisteren, zich graag op zondag willen laten opbouwen door een goede preek. Misschien dus wel door de week Martha’s en op zondag Maria’s.
Ik vind het mooi om te zien dat we een levende gemeente zijn. De basis staat goed, alles wordt meestal goed georganiseerd. Veel mensen zetten zich met hart en ziel in voor de taken die ze op zich genomen hebben.
Eigenlijk vind ik het wel even wennen om over mezelf te praten als gelovige, normaal praat ik als voorganger van een gemeente, dus ik zoek een beetje naar woorden.


Ik heb hier ook echt bijzondere dingen meegemaakt: gebedsverhoringen, de Israëlreis, boeiende processen meegemaakt, dingen als aanwijzingen van God gezien. God heeft zich op dat soort momenten heel nadrukkelijk laten zien, bijvoorbeeld doordat kinderen genazen door gebed, mensen die ver waren toch naar de gemeente leidde. Eigenlijk dingen waarover je leest in Handelingen. Dat je ziet dat Jezus leeft en werkt en ook in onze gemeente regeert. Dat Hij niet zit af te wachten tot Hij terug komt, maar dat Hij met ons aan de gang is om die liefde van Hem door te geven aan ons zodat wij die liefde weer door kunnen geven aan de mensen om ons heen. Ik zie dus ook dat de kerk echt niet alleen mensenwerk is, maar dat het echt Gods werk is. Dat Hij, vooral Hij, een plan heeft, Zijn weg gaat en ons daarvoor graag wil gebruiken. Hij vraagt dat aan ons allemaal: “Mag ik jou gebruiken in mijn koninkrijk?”

Wat ik zou willen meegeven aan de gemeente?

Het is goed om na te denken over waar de liefde van Jezus nu precies ons bestaan raakt: waar het schuurt en hoe het je in beweging wil brengen. Waar wil Hij jou inzetten in Zijn Koninkrijk? Om op zoek te gaan naar de raakpunten van waar het evangelie mensen in Loosdrecht kan raken, waar haakt dat bij de gemiddelde Loosdrechter? Als je gelooft dat we als kerk voluit zijn geroepen om met het evangelie de boer op te gaan, kun je dan dingen die je zelf belangrijk vindt loslaten? Zou je tradities los willen laten om andere mensen te willen bereiken? We zouden nog veel meer kunnen denken vanuit talenten. Nu proberen we vaak vacatures op te vullen of een bepaald ideaalplaatje van de gemeente vol te houden. Dat lukt niet altijd waardoor mensen teleurgesteld of overbelast kunnen raken. God heeft ieder van ons talenten gegeven, dat zijn de bouwstenen waarmee we de gemeente mogen bouwen. Dat is een andere en volgens mij heel erg Bijbelse manier van denken.

Mijn talent

Wat mijzelf betreft heb ik gemerkt dat mijn talent het is om iets aan te pakken, te bouwen en dan weer over te geven aan iemand die dat kan continueren. Ik zie mezelf als een voorbijganger. Dat doet me ook wel pijn. Maar als dat nu deze fase is van consolideren, verankeren, dat had ik ook graag op me genomen, maar God maakte me duidelijk dat Hij andere plannen met me had. Eind 2020 ben ik door 7 gemeentes benaderd die dezelfde vraag aan me stelden. Dat kon ik niet naast me neerleggen, maar ben het gesprek met God aangegaan en heb gevraagd wat Hij me duidelijk wilde maken. Met 1 gemeente ben ik dat traject aangegaan in de verwachting dat hij me duidelijk zou gaan maken of ik moest gaan of niet. Als het een “nee” was geweest, dan was me duidelijk geworden dat ik hier had moeten blijven. De 3 weken van overweging waren heel lastig voor me. Dat ik in Katwijk zou kunnen passen was me duidelijk, de vraag was vooral of ik de mensen hier los kon laten.

De laatste vrijdag voordat ik de beslissing moest nemen, ben ik naar een buitenplaats in ‘s Graveland gegaan en daar drong tot me door dat ook ik mensen mag loslaten en aan Christus over mag geven. Het lied ‘Heer wijs mij Uw weg’, kwam toen steeds weer in flarden naar boven in mijn gedachten, het geeft op een mooie manier woorden aan mijn worsteling. De rust kwam toen met de laatste regel: ‘Toon mij dat Christus heel mijn weg gelopen heeft’ en ik besefte: dat zeg je altijd tegen anderen, maar waarom kan je dat zelf niet? De gemeente is van Christus en je mag ze aan Hem toevertrouwen. Overigens was ik geheel tegen mijn gewoonte in God gaan zoeken in de natuur omdat er veel onrust in me was en ik niet stil kon worden binnen in mijn kamer. Maar op die manier heeft de Heilige Geest me duidelijk gemaakt om ergens anders dat “bouwen” weer te gaan doen. Dat ik het verankeren en consolideren aan een opvolger mag overlaten. In de bijbel zegt Paulus ook: ik heb gezaaid en Apollos heeft water gegeven. Er zijn verschillende fases in een gemeente, ook in gemeentes die al eeuwenlang bestaan. Bij mezelf merk ik dat ik meer een watergever ben dan de pionier die zaait. Alle fases zijn belangrijk. Door water te geven kan iets gaan groeien en bloeien, maar de vruchten plukken en oogsten is dan weer voor iemand anders.

Hoe versta ik Gods stem, hoe maakt Hij me dingen duidelijk?

Als eerste door een goede Bijbelstudie en gebed. Dan kunnen dingen ineens oplichten die je op dat moment nodig hebt. Die woorden uit de bijbel gaan dan leven. Dat noem ik ook wel ”horizonversmelting”, dan versmelt de horizon van God en die van jou tot 1 schilderij. De bijbel is niet alleen een historisch boek. De Heilige Geest maakt die vertaalslag naar jou leven. Op het moment dat je God niet de kans geeft om door zijn boek te werken, blijft het een boek, blijft het buiten je staan. Zoek Hem, dan laat de Heilige Geest het versmelten. Dat is ook hoe ik mijn preken probeer te schrijven, dan probeer ik de horizon van de gemeente en die van God met elkaar te laten versmelten.

Je moet dat vertrouwen ook voeden…

Heb je altijd geloofd?

Ik weet niet beter dan dat ik altijd in God geloofd heb. Het volkomen vertrouwen dat Hij er echt was, de dingen stuurde, dat kinderlijke geloof, dat heb ik van jongs af aan denk ik. Er kan door mij weleens heen schieten: wat als Hij er niet was, nou, dan stortte de hele wereld in elkaar denk ik. Hij heeft al zoveel gedaan, laten zien dat Hij er is. Dat is het voordeel van dominee zijn, ik sta er vaak met mijn neus boven op.

Voor mij persoonlijk was tot geloof komen, dat God die toch een beetje algemeen is, steeds meer het gezicht van Christus werd. Ik geloof dat als ik God wil doorgronden, dan moet ik bij Zijn Zoon zijn. Waar veel mensen de 3 uit elkaar leggen, is de kern voor mij Christus. In Jezus voel ik Zijn hart kloppen, zie ik wie Hij in zijn wezen is. Boosheid over wat mensen elkaar aandoen en tegelijkertijd de diepe passie om mensen te redden, de vreugde die er is als iemand een nieuw stapje zet in zijn geloof, of zich bekeert.
Dit stapje voor stapje concreter worden, kun je bij mij bekering noemen.

Mijn ouders hebben daar wel een cruciale rol in gespeeld. Ik had goede gesprekken met hen, ze behandelden me niet als een kind wat alles nog moest leren, maar wilden samen met jou de weg achter Jezus aan wandelen. Bij vragen gingen we samen op zoek naar antwoorden. Ze durfde ook te zeggen dat ze iets niet wisten, maar dan kwam het wel aan op het vertrouwen. Zij hebben echt de gave van vertrouwen. Ook ik weet dat ik op God kan vertrouwen, zelfs als ik er met de pet naar heb gegooid in mijn geloofsleven. Het wordt je gegeven, maar ook moet je dat vertrouwen voeden. Zie Jezus als de Levende, als een echt persoon die met jou wil wandelen. Geloof is wandelen met Jezus Christus.

Ken je ook twijfel?

Mijn vertrouwen is zelden aangevochten geweest, niet mijn geloof maar God houdt mij vast. Voordat ik predikant werd, kreeg ik een burn-out. Ik kreeg eerst mijn scriptie niet af, maar eenmaal af dacht ik: nu gaat het gebeuren. Al vrij snel werd ik benaderd door kerken, maar werd ik tegen andere kandidaten uitgespeeld. Dat het zo menselijk gespeeld werd, viel me zo tegen. Ik ging toen dingen doen die goed voor je zijn als je burn-out hebt, namelijk fysiek bezig zijn. Op een dag fietste ik de Grebbeberg af toen het gevroren had, om te gaan hardlopen. Helaas was het glad, ging ik flink onderuit, wat me mijn voortanden kostte. Dat moment, hoe ik me toen voelde toen ik daar half buiten westen op de grond lag, zie ik wel als een dieptepunt waarop ik dacht: nu is het klaar.

In die periode werkte ik als kerkelijk werker in mijn vorige gemeente. Ze wilden een dominee gaan beroepen, maar gingen mij in eerste instantie voorbij. Dat deed me pijn, beneden werd er gestemd om iemand anders te beroepen terwijl ik boven catechese aan het geven was. Maar toch hebben ze uiteindelijk de kandidaat die ze wilden beroepen weggestemd en mij beroepen. Dat was mooi, en wordt in Heteren ook echt nog gezien als een stukje leiding van God. Maar de fase ervoor heb ik als heel diep ervaren, veel dingen vielen toen tegen.

Hoe onderhoud je je eigen relatie met God?

Ik heb de neiging om mezelf in de kerk te storten en mijn eigen stille tijd uit het oog te verliezen. Dan vergeet ik mezelf te voeden, neem ik geen tijd om zelf van God te ontvangen, wat ik juist nodig heb om zelf te kunnen geven. Die doenerigheid van de gemeente die ik in het begin beschreef, herken ik in mezelf. Juist in de doenerighied vergeten we vaak dat we eerst iets moeten ontvangen, luisteren. We willen graag zelf aan de gang. Maar dat kan ook tegen gaan werken. De satan maakt ons heel druk met opzichzelfstaande goede dingen waardoor we niet meer aan God zelf toekomen.

De gemeentetekst: “zoek uw kracht, ga staan in de kracht van de Heer”, vind ik een hele mooie tekst. Daarin moeten we blijven staan. Bij God moeten we onze kracht zoeken. Dat heb je nodig om in die kracht te staan, niet in menselijke toewijding of eigen passie. Dat wat Hij doet of wil geven, de geestelijke wapenrusting. Deze tekst zegt genoeg, die wil ik iedereen meegeven!

Last modified: 22 juni 2021